Camelia Japonica
Camelia Japonica
De bloemen van de Camelia zijn niet te missen in de winter. Grote gevulde bloemen of enkel bloemig in roze, wit of rood. De plant wordt al duizenden jaren gekweekt in Japan en China, waar hij als gelukssymbool wordt beschouwd voor het Chinese Nieuwjaar, en aan de goden wordt geofferd. In 1692 mocht Europa kennismaken met deze winterroos, toen de VOC ze meebracht. Sindsdien zijn er al duizenden cultivars en hybriden gekweekt.
De Camelia is een groenblijvende struik of kleine boom op stam met glanzende, dikke ovale bladeren. De struik is redelijk winterhard, maar kan niet tegen echte vorst, daar zul je de wortels tegen moeten beschermen. De bloeitijd van de Camelia is van februari tot maart.
Camelia Japonica is het kleine zusje van de Camelia Sinensis die we kennen als de ( enige echte) theeplant. Heeft u huisdieren, of andere dieren die in de tuin rond mogen lopen, dan is de Camelia een heel goede keuze; hij is namelijk niet giftig.
In de tuin
De Camelia houdt van een zure grond. Daar kunt u gemakkelijk aan voldoen door een dikke mulchlaag over zijn wortels te leggen. Dit is sowieso een goed idee omdat de Camelia geen diep wortelgestel heeft. De mulchlaag voorkomt uitdroging en beschermt tegen hitte van de zon, en de kou in de winter.
Waar plaats je de Camelia
De standplaats is voor de Camelia belangrijk. Plant je Camelia het liefst op een beschutte plek met schaduw en niet teveel wind. Hij heeft een voorkeur voor de avondzon, maar een schaduwrijke plek op het zuiden kan ook prima.
Plant de Camelia even diep als de pot waarin u hem gekocht hebt hoog is. Zorg daarbij voor een goed gedraineerde, zuurstofrijke grond met veel compostmateriaal. Let erop dat u daarna geen andere planten dicht in de buurt kunt planten, om de wortels niet te beschadigen. Ditzelfde geldt ook voor schoffelen. Onkruid wordt dan ook het liefst met de hand verwijderd.
Bij vorst kunt u overwegen om de wortels te bedekken met een dikke laag stro, en de takken waaraan de knoppen zitten af te dekken met een goede kwaliteit vliesdoek. Op die manier hoeft u de plant niet uit te graven om binnen te zetten, met het risico dat de wortels beschadigen.
De bloemen van de Camelia zijn niet te missen in de winter. Grote gevulde bloemen of enkel bloemig in roze, wit of rood. De plant wordt al duizenden jaren gekweekt in Japan en China, waar hij als gelukssymbool wordt beschouwd voor het Chinese Nieuwjaar, en aan de goden wordt geofferd. In 1692 mocht Europa kennismaken met deze winterroos, toen de VOC ze meebracht. Sindsdien zijn er al duizenden cultivars en hybriden gekweekt.
De Camelia is een groenblijvende struik of kleine boom op stam met glanzende, dikke ovale bladeren. De struik is redelijk winterhard, maar kan niet tegen echte vorst, daar zul je de wortels tegen moeten beschermen. De bloeitijd van de Camelia is van februari tot maart.
Camelia Japonica is het kleine zusje van de Camelia Sinensis die we kennen als de ( enige echte) theeplant. Heeft u huisdieren, of andere dieren die in de tuin rond mogen lopen, dan is de Camelia een heel goede keuze; hij is namelijk niet giftig.
In de tuin
De Camelia houdt van een zure grond. Daar kunt u gemakkelijk aan voldoen door een dikke mulchlaag over zijn wortels te leggen. Dit is sowieso een goed idee omdat de Camelia geen diep wortelgestel heeft. De mulchlaag voorkomt uitdroging en beschermt tegen hitte van de zon, en de kou in de winter.
Waar plaats je de Camelia
De standplaats is voor de Camelia belangrijk. Plant je Camelia het liefst op een beschutte plek met schaduw en niet teveel wind. Hij heeft een voorkeur voor de avondzon, maar een schaduwrijke plek op het zuiden kan ook prima.
Plant de Camelia even diep als de pot waarin u hem gekocht hebt hoog is. Zorg daarbij voor een goed gedraineerde, zuurstofrijke grond met veel compostmateriaal. Let erop dat u daarna geen andere planten dicht in de buurt kunt planten, om de wortels niet te beschadigen. Ditzelfde geldt ook voor schoffelen. Onkruid wordt dan ook het liefst met de hand verwijderd.
Bij vorst kunt u overwegen om de wortels te bedekken met een dikke laag stro, en de takken waaraan de knoppen zitten af te dekken met een goede kwaliteit vliesdoek. Op die manier hoeft u de plant niet uit te graven om binnen te zetten, met het risico dat de wortels beschadigen.